Dorothee Quoniam, genaamd Marie-Aimee DE JESUS (1839 - 1874)
Marie-Aimee de Jesus is een van de grote figuren van de Karmel, zij stierf heel jong, 35 jaar, een paar maanden na de geboorte van kleine Therèse.
Edith Stein beschrijft haar: „Een lief gezicht, zuiver en spirituel als dat van een engel, grote en diepe zachte ogen, ogen die veel weten over de bovennatuulijke wereld”.
Dorothy Quoniam, die in de Carmel de naam Marie-Aimee de Jesus heeft aangenomen werd geboren op 14 januari 1839 te Rozel, in de Cotentin.
Haar vader was een tuinman en had maar een schraal inkomen. In de hoop een beter leven te kunnen opbouwen, verhuisde het gezin naar Parijs. Binnen een paar jaar, zijn ouders en broers en zussen allemaal overleden. Dorothy wordt ondergebracht in een weeshuis.
Op 27 augustus 1859, treedt zij in de Karmel aan de Avenue de Saxe. Ze werd toegelaten onder de naam Marie-Aimee de Jesus.
Marie-Aimee, die geen theologische opleiding had genoten, legt ons in haar boek: Jezus Christus is de Zoon van God, uit over de grondslagen van ons geloof en het boek Le Jardin mystique de la France (1938).
Uit dit boek komt het werkje van de Twaalf Graden van het Stilzwijgen.
Tijdens de oorlog van 1870, steunt Marie-Aimee de Jesus de zusters door haar rustige vertrouwen en innerlijke vrede. Gedurende de laatste jaren van haar leven, ondanks de zeer slechte gezondheid, is zij verantwoordelijk voor novicen.
Ze stierf aan borstvliesontsteking op 4 mei 1874, in een geur van heiligheid in de Carmel van Parijs.